5.3.1 Stap 1: Verzamelen gegevens

De eerste stap in het keuzeproces is het verzamelen van relevante gegevens van het object en het project/contract.
De checklist in bijlage 3 van de RTD1007-1 is hiervoor een goede hulpmiddel.

 

Analyse voegbewegingen

Een belangrijk deel van de benodigde gegevens zijn de voegbewegingen vanuit de diverse belastingen. Blad 2 van de checklist in bijlage 3 van de RTD1007-2 is hieraan besteed. Dit vereist een nadere constructieve analyse.

Bij nieuwbouw worden deze gegevens vandaag de dag  meestal verkregen uit geavanceerde rekenmodellen op basis van de Eindige Elementen Methode.  Hieronder zijn enkele algemene aandachtspunten gegeven.

  • Meenemen van onomkeerbare vervormingen van de fundering, zowel verticaal als horizontaal middels een geotechnisch rekenmodel
  • Meenemen van additionele vervormingen van de onderbouw
  • In de DO-berekening van de hoofddraagconstructie (bovenbouw) worden vaak aannames gedaan voor de veerstijfheden van de opleggingen. Later in de UO-fase worden dan vaak pas de opleggingen ontworpen in overleg met de leverancier. Met name bij toepassing van rubber opleggingen is het van belang dat geverifieerd wordt of de eerdere aannames nog voldoende nauwkeurig zijn. Voor het constructief ontwerp van de hoofddraagconstructie (bovenbouw) is de invloed van afwijkingen in de veerstijfheid meestal gering, maar voor de voegbewegingen kunnen deze significant zijn.
  • Bij 2D-plaatmodellen van de hoofddraagconstructie (bovenbouw) dienen de translatie effecten als gevolg van rotaties nog wel handmatig berekend moeten worden. Bij toepassing van een vaste oplegging in het oplegsysteem dient daarbij tevens de star lichaamsverplaatsing in rekening te worden gebracht.

Van de bestaande kunstwerken  bestaan vaak geen berekeningen van voegbewegingen en zijn meestal ook geen Eindige Elementen Modellen beschikbaar. Uit ervaring blijkt dat in het verleden ook vaak weinig aandacht werd besteed aan een goede analyse van voegbewegingen. Veelal werden alleen de voegbewegingen uit de gelijkmatige temperatuurcomponent beschouwd, aangevuld met een grove inschatting van krimp en kruip in geval van een betonnen hoofddraagconstructie. Dit blijkt onder andere uit deze beschouwing afkomstig een interne richtlijn zoals die bij Rijkswaterstaat in de jaren 60 en 70 werd gehanteerd. Daarmee werden diverse andere invloeden over het hoofd gezien.

Voor bestaande kunstwerken is het daarom van belang dat de voegbewegingen nader worden geanalyseerd. Voor de onomkeerbare vervormingen (krimp, kruip en zetting) geldt in de meeste gevallen dat de resterende vervormingen verwaarloosd kunnen worden. De overige vervormingen kunnen in de meeste gevallen, bij voldoende informatie over het object, alsnog goed worden berekend met de huidige kennis en de actuele belastinguitgangspunten.  Hiervoor kan een Eindig Elementen Model worden gemaakt of er kan in veel gevallen ook gebruik worden gemaakt van de PVO rekenmodule voor bestaande kunstwerken.  Het PVO heeft voor de benodigde informatie voor het maken van een goede analyse van de voegbewegingen een separate checklist ontwikkeld.

 

Eisenanalyse contract

Een ander belangrijk onderdeel betreft het analyseren van de relevante eisen uit het contract. Naast eventuele van toepassing zijnde normen en richtlijnen (zoals de RTD1007-2) zijn in het contract mogelijk nog andere ontwerprandvoorwaarden of bepalingen opgenomen die de oplossingsvrijheid beperken. Daarbij valt te denken aan:

  • Voorgeschreven of niet toegestane voegconcepten
  • Voorgeschreven ontwerplevensduur
  • Geluidseisen of type deklaag
  • Specifieke eisen aan de betrouwbaarheid, beschikbaarheid (bijvoorbeeld ontwerplevensduur) en onderhoudbaarheid

 

Raakvlakanalyse

Tenslotte is zo veel mogelijk informatie nodig over de omgeving waarin de voegovergang moet worden ingebouwd. Dit betreft bijvoorbeeld informatie over:

  • dikte van de wegverharding ter plaatse van de voeg (inclusief uitvullagen)
  • afmetingen van beschikbare voegsparingen in de draagconstructie en onderbouw (frontwand)
  • breedte van de dilatatievoeg (teruggerekend naar de neutrale temperatuurstand)
  • ligging en configuratie van voorspankabels in de invloedssfeer  van de voegovergang
  • configuratie van wapening in de invloedssfeer van de voegovergang
  • details van bestaand type voegovergang bij bestaande kunstwerken, met name m.b.t. de verankering.
  • mogelijke aanwezigheid van delen van eerdere voegovergangen bij bestaande oudere kunstwerken waarbij de voegovergangen al eerder zijn vervangen of waarbij er een overlaging van de verharding (met ZOAB) heeft plaatsgevonden.