In de grondslagen voor het constructief ontwerp, volgens de NEN-EN 1990, wordt gesproken over ontwerpsituaties: Ontwerpsituaties zijn samenstellen van fysische omstandigheden die de reële omstandigheden representeren, die optreden tijdens een zekere tijdsperiode, waarvoor het ontwerp en de berekening aantonen dat de van toepassing zijnde grenstoestanden niet worden overschreden.
In het geval van opleggingen is sprake van een combinatie van belastingen, excentriciteiten, translaties, rotaties en vervormingen (gezamenlijk belastingseffecten genoemd). Aangetoond moet worden dat de van toepassing zijnde grenstoestanden tijdens de ontwerplevensduur niet worden overschreden.
Volgens NEN-EN 1990 worden ontwerpsituaties onderscheiden naar verschillende grenstoestanden zoals uiterste grenstoestand (UGT, hier verder ULS genoemd) en bruikbaarheidsgrenstoestand (BGT, hier verder SLS genoemd). Voor opleggingen relevante uiterste grenstoestanden zijn STR (intern bezwijken of buitensporige vervorming van constructieve elementen) en FAT (bezwijken van constructieve elementen door vermoeiing). Voor opleggingen wordt voor een beperkt aantal toetsen de karakteristieke combinatie als bruikbaarheidsgrenstoestand gebruikt.
In de NEN-EN 1990 zijn ook buitengewone ontwerpsituaties opgenomen. Deze ontwerpsituaties hebben betrekking op uitzonderlijke omstandigheden, met inbegrip van brand, ontploffing, schokbelasting of plaatselijk bezwijken. In het geval van opleggingen valt te denken aan aanrijdingsbelasting of aardbevingsbelasting.
Om de rekenwaarde van belastingseffecten te bepalen, behorende bij de beschouwde grenstoestand, verwijst NEN-EN 1990 in het geval van bruggen naar bijlage A2. In deze bijlage zijn per belasting belastingsfactoren en Ψ-factoren gegeven. De bijlage is echter niet van toepassing voor opleggingen:
OPMERKING 5 Deze bijlage A2 bij EN 1990 bevat geen regels voor de bepaling van belastingen op constructieve opleggingen (krachten en momenten) en de bijhorende oplegbewegingen en geeft ook geen regels voor de berekening van bruggen waar sprake is van interactie tussen grond en constructie, die afhankelijk kan zijn van de bewegingen of vervormingen van constructieve opleggingen.
In de RTD 1012 is daarom een bijlage opgenomen over belastingcombinaties in combinatie met NEN-EN 1990/NB. De volgende belastingcombinaties dienen te worden beschouwd:
Bruikbaarheidstoestand (SLS):
– Karakteristieke combinaties
Uiterste grenstoestand (ULS):
– Belastingcombinaties voor blijvende en tijdelijke ontwerpsituaties (fundamentele combinatie)
– Belastingcombinaties voor buitengewone ontwerpsituaties
– Belastingcombinaties voor aardbevingsontwerpsituaties
– Vermoeiing