7.5.2 Vast onderhoud

Onder vast onderhoud wordt verstaan het preventief en periodiek onderhoud aan de opleggingen waarbij het gaat om het schoon en gangbaar houden. Bij het toepassen van periodiek klein onderhoud wordt de potentiele levensduur van de oplegging maximaal benut en wordt de noodzaak voor groot en variabel onderhoud vooruitgeschoven. Activiteiten die behoren tot vast onderhoud zijn bijvoorbeeld:

  • Reinigen
    Ondanks de verdekte locatie onder het brugdek kunnen opleggingen vervuild raken. Denk daarbij bijvoorbeeld aan vervuiling door lekkende voegovergangen, uitwerpselen van vogels, vandalisme en opspattend vuil water door voorbij rijdend verkeer. Vervuiling kan leiden tot een verkorte levensduur van de conservering en glijd- en rolvlakken. Bij glijd- en rolvlakken is het schoon houden extra belangrijk omdat vervuiling hier kan leiden tot een hogere wrijving en een versnelde slijtage van vitale onderdelen van de oplegging.
  • Invetten en/of smeren
    Behalve het reinigen van glijdvlakken is het naderhand invetten belangrijk. Dit voorkomt dat de oplegging droog loopt en glijdvlakken extreem snel slijten.
  • Conserveren
    De levensduur van verflagen op stalen onderdelen is doorgaans korter dan die van de opleggingen. Het bijwerken of vervangen van de conservering wordt daarom planmatig in een instandhoudingsplan opgenomen.

Uitvoeren van kleine reparaties
Kleine reparaties kunnen allerhande reparaties omvatten. Het zijn werkzaamheden zonder specialistisch karakter die zonder veel extra inspanningen met het vast onderhoud gecombineerd kunnen worden.