4.1.1 Kenmerken en toepassingsgebied

Algemene beschrijving

De voegovergangfamilie “Nosing Joints” bestaat uit een breed spectrum aan voegovergangconcepten, met als kenmerk de aanwezigheid van 1 doorgaande voegspleet met een rubberen afdichtingsprofiel. Het betreft familie 1 uit de RTD1007-1 Meerkeuzematrix voegovergangen (MKM). De concepten onderscheiden zich van elkaar door bepaalde kenmerken en worden in de volgende paragrafen verder behandeld.

Nosing joints worden samengesteld uit harde materialen die niet eenvoudig te vervangen zijn en alleen met zwaar sloopwerk te verwijderen zijn.  Nosing joints hebben dus over het algemeen een langere beoogde ontwerplevensduur, doorgaans 25-40 jaar.
Het zal doorgaans gewenst zijn om onderhoud aan en vervanging van voegovergangen synchroon te laten lopen aan de vervanging van de wegverharding. Asfaltdeklagen hebben rijbaanbreed doorgaans een levensduur van 10 tot 20 jaar. Voor nosing joints betekent dit dat deze 2 tot 4 keer de levensduur van een deklaag mee zal gaan en dat benodigd onderhoud (vervangen of reparatie van onderdelen) dus in een gewenste frequentie van 1 x 10-20 jaar uitgevoerd dient te worden.

 

Toepassingsgebied

Toepassingsgebied zijn zowel bestaande als nieuwe verkeersbruggen, zowel in staal als beton, in alle verkeerscategorien met middelgrote invloedlengten tot circa 80 – 120 m per voeg, afhankelijk van flexibiliteit van het oplegsysteem, grootte van de onomkeerbare vervormingen (krimp en kruip) en het toegepaste type voegovergang (met of zonder sinusplaten).
Nosing joints worden veel toegepast bij middelgrote nieuwbouwkunstwerken vanwege het relatief grote aandeel krimp -en kruip, dat toepassing van flexibele en verborgen voegovergangen vaak belemmert.
Ook bij kunstwerken waarbij een betrouwbare waterdichtheid is vereist, bijvoorbeeld bij tandconstructies, wordt de voorkeur vaak gegeven aan nosing joints met geklemde band/vlinderprofielen.

De onderdelen van een nosing joint

In onderstaande figuur zijn de diverse onderdelen van een nosing joint aangegeven.

 

Toepassing randprofiel

De meeste types zijn voorzien van een randprofiel die de overgang vormt naar de voegspleet. Dit betreft concept 1.1 t/m 1.4 uit de MKM. Er bestaan ook types zonder randprofiel (concept 1.5 uit de MKM). Hierbij wordt een vullend rubberprofiel toegepast.

Randprofielen hebben twee functies:
– dragen van de verkeersbelasting op de rand van de dilatatievoeg;
– verzorgen van de waterdichte aansluiting van het afdichtingsprofiel.

Randprofielen kunnen zijn vervaardigd van staal (verzinkt), aluminium of RVS (hybride). Randprofielen zijn er in veel soorten en maten. Voor een betrouwbaardere waterdichtheid zal de voorkeur uitgaan naar voegovergangen met klauwprofielen.  Er zijn verschillende typen klauwprofielen in de markt. Iedere leverancier heeft zijn eigen specifieke vorm.

Deze klauwprofielen kunnen op verschillende wijzen worden bevestigd/verankerd. De wijze waarop is afhankelijk van het beoogde gebruik en de gevraagde levensduur. Bij intensief bereden wegen zal de voorkeur uitgaan naar voegovergangen met zwaar verankerde randprofielen. Sinds de invoering van de NBD00400 in 2006 is dit type nosing joint op grote schaal toegepast in Nederland.

Afdichtingsprofielen

Er kan onderscheid worden gemaakt tussen compressieprofielen en bandprofielen (ook wel vlinderprofielen genoemd).Enkele voorbeelden van profielen:

 

 

Toepassing voegbalk

Veel types bevatten een voegbalk waarin het randprofiel is verankerd. Er bestaan ook concepten waarbij geen voegbalk in het wegoppervlak aanwezig is, maar waarbij de verankering van het randprofiel onder de wegverharding wordt gerealiseerd (type 1.2a uit de MKM). Voegbalken kunnen zijn vervaardigd van ongewapend beton (vulling in rooster), gewapend beton, staalvezelmortel of polymeerbeton.

Type verankering

Er zijn veel verschillende type verankeringen.

  • een ingestorte (lus)verankering (1.1, 1.2a)
  • ingelijmde of ingestorte wapeningsstekken (1.2b, 1.3a, 1.5)
  • voorspanankers (1.3b)
  • ankerloos, op aanhechting d.m.v. polymeerbeton (type 1.4).
Toepassing van geluidsreducerende voorzieningen; sinusplaten.

Nosing joints kunnen worden voorzien van geluidreducerende voorzieningen. Dit zijn sinusvormige of zaagtandvormige platen die middels voorspanbouten op de voegovergang zijn gemonteerd.
Voegovergangen die onder een niet haakse hoek t.o.v. de rijrichting liggen maken minder geluid. Het toepassen van sinusplaten is het meest effectief effectief bij kruisinghoeken tussen 70 en 100 gon. Bij schuinere hoeken zal een recht randprofiel ook al voldoende geluidreducerend kunnen zijn.

Overzicht typen nosing joints

In de factsheets van de RTD1007-1 is meer informatie te vinden over de prestaties van de diverse verschillende typen. In onderstaande tabel is een overzicht van de concepten gegeven.

 

179